Karafferen of decanteren?
De wijnliefhebbber in ons wil graag elke fles in de best mogelijke omstandigheden kunnen proeven. Een belangrijk moment hierbij is het openen van de fles. Op dat ogenblik wordt de wijn immers blootgesteld aan de lucht en kan hij even ademen. Het is goed om de wijn wat tijd te geven. Zo kan hij zijn evenwicht vinden en kunnen mogelijk ongewenste luchtjes vervliegen.
Voor lichte, fruitige witte, jonge rode of rosé wijnen is het voldoende om na het schenken ook nog even te walsen in het glas. Voor iets meer/langer opgevoede en meer krachtige rode wijnen en voor sommige, complexe witte wijnen is het beter om ze te karafferen. Karafferen is (simpel!) het overgieten van de wijn in een meestal glazen karaf met smalle hals en brede, bolle buik of in een groot wijnglas.
Contact met zuurstof
Je brengt de wijn in contact met zuurstof en dat maakt hem nog nét iets rijker en voller. Na een langere rijping op vat en/of in de fles zijn deze wijnen dikwijls nog wat gesloten. Het beluchten geeft ze de mogelijkheid om helemaal open te komen, nog jonge tannines te laten verzachten en met nog iets te scherpe zuren te laten samensmelten. In feite ontstaat er een versnelde oxidatie die de wijn vlugger laat openbloeien.
Bij deze ‘jongere’ wijn mag je gerust redelijk uitbundig te werk gaan. Giet stevig door als je hem overgiet en eens in de karaf, mag je ook nog eens goed walsen. Het gebruik van een beluchter zal dit proces nog versterken. Oude wijn met bezinksel ga je dan weer ‘decanteren’ om te voorkomen dat het opgehoopte sediment in je glas terecht komt.
Wijnen met veel droesem zet je eerst enkele uren of zelfs een dag recht zodat al het residu naar de bodem zakt. Als je dan voorzichtig, in één vloeiende beweging, decanteert en daarmee stopt voor het bezinksel in de flessenhals komt, krijg je een mooie, heldere wijn die optimaal is om geschonken te worden. Tip: hou een lichtbron achter je fles, zo zie je beter wanneer het bezinksel de hals nadert.
In dit kader ook een kleine waarschuwing: sommige wijnen, zoals een oude pinot noir, zijn zo fragiel dat ze bij extra opname van zuurstof hun aroma’s kunnen verliezen. Als ze niet te veel bezinksel hebben kan je ze best niet decanteren. Oudere, sterkere wijnen zoals een Ribera del Duero kunnen daar dan weer veel beter tegen en zijn er zelfs bij gebaat.
Verschillende soorten
Er zijn karaffen van verschillende vormen en maten in omloop. Een hoge smalle karaf is meer geschikt voor het rustig decanteren van oude wijnen met bezinksel. Een lage, brede karaf wordt eerder gebruikt om jongere wijnen te karafferen.
Je vindt ze ook in verschillende prijsklassen. Een gewone, degelijke, glazen karaf heb je al voor ongeveer 25 à 50 euro, afhankelijk van het merk. Voor een mooi, handgeblazen exemplaar betaal je al gauw enkele honderden euro’s.
Een ding is zeker: een mooie, ruime karaf draagt bij aan de beleving van het schenken en het genieten van een mooie wijn, of hij nu jong of al wat ouder is.